Leven met een hoofdletter

Laatst zei iemand tegen me; ‘Jij bent niet meer de persoon die je was. Jij bent nu de persoon die een zusje heeft verloren en haar vader kwijt is’. Deze uitspraak zette me aan het denken. In eerste instantie dacht ik dat het wel mee viel. Maar ik voel me inderdaad in veel opzichten anders.

Een deel van mij is voorgoed verdwenen denk ik. Sommige eigenschappen die ik al had zijn versterkt. Ik denk anders en hecht meer waarde aan kleine dingen die voorheen onbelangrijk leken. Het hoeft niet meer groots. Ik ben nog introverter, empathischer en gevoeliger geworden. Ik ben graag alleen, heb meer moeite met sociale aangelegenheden, hou van slapen en luister veel naar muziek. Ik luister liever dan dat ik praat. Mijn ‘batterij’ kan soms ineens leeg zijn, soms zonder duidelijke reden. Ik stoor me nog meer aan mensen die oordelen en anderen niet in hun waarde laten. Ik hou nog minder van mijn spiegelbeeld.

Maar ik wil uit het gat komen. Het leven is echt te kort om in een put te zitten. Ik weet het. Soms vind ik het verdraaid moeilijk om alleen al over de rand van de put te kijken. Mijn gevoel kan ik niet uitschakelen. En m’n gevoel zit me vaak in de weg. Ik moet mezelf een andere mindset aanleren om op een positieve manier met m’n gevoel om te gaan. Ik wil sporten, wandelen, dansen, lachen, zingen alsof ik het kan, goede gesprekken voeren, genieten van de natuur. Ik wil mezelf weer leuk vinden. En nu lukt het me vaak niet om het beste uit de dag te halen. Een kleine gebeurtenis of opmerking kan me weer in de put trekken.

Voor het nieuwe jaar heb ik één goed voornemen: me richten op positiviteit. In de breedste zin van het woord. Want er is ook zoveel moois in mijn leven. Ik bekijk het per dag. Jij kan het niet meer, ik wel. En daarom wil ik LEVEN in plaats van geleefd worden. Slaap lekker lief zusje.

Lees ook: ik herken mezelf niet

Een plekje voor jou

Jouw as zit in een ‘doos’ met een nummer. Het staat bij mam thuis. En daar ben ik nu, zij is op vakantie. Ik heb het kaarsje bij je foto aangestoken, je as staat erachter.

Het is misschien raar, je bent immers niet meer dan een bergje grijze massa, maar je voelt ineens dichtbij. Ik heb een mooi steentje laten maken waar ik uiteindelijk wat as van je in wil doen zodat ik thuis ook wat heb om neer te zetten. Maar het voelt ook gek om je te ‘splitsen’.

We zoeken nog steeds een plekje voor je. Een plekje waar wij en je vrienden en vriendinnen naar toe kunnen als we daar behoefte aan hebben. Het liefst een plekje bij een strand zodat we tegelijkertijd even kunnen uitwaaien. Een plekje waar we een monumentje voor je kunnen maken. Ik vind het een lastige zoektocht maar verlang echt naar zo’n plekje. We doen ons best. Slaap lekker lief zusje.

Lees ook: The day after

Kerst 2019

Kerst. Tja wat zal ik erover zeggen. Zonder pap, mam en jou. En ik weet dat het voor sommige mensen om me heen ook geen fijne dagen waren omdat ze bepaalde mensen enorm missen. Eigenlijk waren het voor mij gewone dagen maar dan met ‘verplichtingen’. Het kerstgevoel, wat dat dan ook precies mag zijn, had ik niet.

Samen met onze broer hebben we op kerstavond gezellig gegeten in ons ouderlijk huis. Het was fijn om daar te zijn met hem en z’n gezin. Maar het was ook raar om daar zonder jullie te zijn. En waarschijnlijk was dit de laatste keer dat we daar op deze manier samen waren.

Eerste kerstdag zat ik in een heel andere setting aan tafel. In gezelschap van een warme familie waar iedereen met elkaar door een deur kan en waarbij iedereen aanwezig was. En soms vind ik dat dan ineens heel confronterend. Daarnaast heb ik steeds vaker moeite met groepen mensen. Maar het was fijn en ik mag mezelf gelukkig prijzen met zo’n schoonfamilie.

Tweede kerstdag waren we gewoon thuis. M’n vriend had een ontbijtje verzorgd en er lagen een paar kadootjes onder de boom. Ik heb een extra kaarsje voor je aangestoken. Slaap lekker lief zusje.

Lees ook: Uitgegumd

Grenzen aangeven

Al een paar dagen keek ik op tegen het weekend. ‘s Ochtends 2 uur werken, daarna naar een ochtend kerstshow in Ziggo Dome om vervolgens door te rijden naar een vriend in Den Haag. Bij thuiskomst meteen op de fiets naar een café voor een drankje met vriendinnen. Dan snel slapen zodat ik de volgende dag weer uitgeslapen naar pap kon gaan. Voorheen deed ik dit gewoon. Maar tegenwoordig raak ik, alleen al van de gedachte van zo’n weekend, lichtelijk in paniek. En op een of andere manier zitten de dagen soms ineens helemaal vol.

Ik leer steeds beter mijn grenzen aan te geven. Al gaat dat vaak gepaard met een schuldgevoel, ik moet het doen om bij mezelf te blijven.

En zo besloot ik deze bewuste dag niet mee te gaan naar Den Haag. Ik zat ermee in m’n maag om het aan te geven en stelde dit ook uit. Toch deed ik het, en het was goed. Ik kon een uurtje langer slapen, en ging na de kerstshow aan het werk. Daarna had ik tijd voor mezelf en kon ik ‘s avonds met een redelijk rustig hoofd met vriendinnen wat drinken.

Ik weet dat jij ook vaak dingen deed om anderen niet teleur te stellen. Jij was er ook goed in om jezelf op de laatste plek te zetten. Maar je hoorde op de eerste plek. Slaap lekker lief zusje.

Lees ook: engeltje

Het overgeslagen kerstdiner

Het huis waar papa woont, organiseerde een kerstdiner voor bewoners en hun familie. De kans dat m’n vader hier niet heen wilde was groot. Hij blijft het liefst op z’n eigen kamer. Maar ik vond dat ik moest gaan. We zouden wel zien. En ik had een sprankje hoop dat het misschien zou lukken. En daarom reden we vanmiddag de bekende 140 kilometer naar m’n vader.

Het was al later in de middag en waar ik al bang voor was; papa lag te slapen in de veronderstelling dat het midden in de nacht was. Ik kan er maar niet aan wennen, papa in z’n pyjama, papa liggend in bed.

Een verzorgster deed een lampje aan en vertelde dat wij er waren en graag met hem een hapje wilden eten. Hij was goed te spreken maar wilde er niets van weten en vroeg vriendelijk het licht weer uit te doen en of we weer wilden gaan. Wat we ook zeiden, hij wilde écht verder slapen.

Ik deed m’n meegebrachte bloemen in de vaas en zei papa gedag. We zouden ergens anders wat gaan eten en daarna nog even terugkomen. Na het eten belde ik voor de zekerheid nog even met de leiding of m’n vader wakker was, we waren nog in de buurt. Maar hij sliep nog steeds. En dus reden we de 140 kilometer weer terug.

Was het een stom idee geweest om weer anderhalf uur heen en terug te rijden? De kans was immers groot dat pap niet mee wilde. Maar ik kon het écht niet over m’n hart verkrijgen om niet te gaan, ik kon het op z’n minst proberen. Ik heb hem even gezien en hij heeft weer verse bloemen. Dat is ook wat waard. Tot volgende week pap.

Lees verder: papa in pyjama

Een nare droom

Ik speelde scrabble met m’n moeder, op een ouderwets bord van karton. Op zich al merkwaardig want we speelden eigenlijk zelden spelletjes thuis. Ik legde een moeilijk woord en legde uit dat het ‘iemand missen’ betekende. En zo ging het gesprek over jou.

Over dat we je zo misten, wat er toch allemaal gebeurd was. Ik vroeg me af waar het ‘mis’ gegaan was. Hoe ik tot je door had kunnen dringen, dat het toch zo jammer was dat het je nooit gelukt was beter te worden. Dat het zo zonde was, je was zo’n geliefd mens die dat zelf helaas niet zo zag.

Ineens werd mam heel boos en zei dat ik zulke dingen niet mocht zeggen. Je zou een schuldgevoel kunnen krijgen. Mijn hart ging sneller kloppen. Een schuldgevoel? Was je dan toch niet echt dood?!

En toen schrok ik wakker. Ik was in de war en moest even nadenken hoe het nou zat. Toen realiseerde ik me dat ik je nooit meer kan vertellen dat je het zó waard was om te blijven leven. Slaap lekker lief zusje.

Een bijzondere boekenlegger

Mijn dochter is niet zo spraakzaam als het over haar gevoelens gaat. In kleine dingen zie ik wat haar bezighoudt. Zoals de wens die ze eens voor me deed. Vandaag was weer zo’n moment.

Ze had van school de opdracht gekregen iets kleins mee te nemen wat voor haar bijzonder is, net als alle andere kinderen. Ze vertelde dat de juf elke dag iets uit de doos pakte en degene van wie het item was moest daar iets over vertellen. Ik wist hier niets van, tot vandaag toen haar item werd gepakt.

Ze had een boekenlegger meegenomen. Een zwart lapje met handgemaakt stipwerk uit het dorp waar het vandaan kwam. Ze vertelde dat de boekenlegger van haar opa was. ‘Hij heeft dementie en zit in een speciaal huis. Toen we zijn studeerkamer gingen opruimen kwam mama deze tegen en nam het mee naar huis. Ik vind het een hele mooie boekenlegger en omdat hij van opa is geweest, vind ik ‘m bijzonder,’ had ze gezegd, vertelde ze me al lopend onderweg naar huis. Ik gaf haar een kus op haar voorhoofd. Het ontroerde me.

Lees ook: de wens