Isotonische mededeling

Zodra ik de auto geparkeerd heb, hoor ik de klanken van papa’s pianospel. Het bezorgt me een glimlach en de zenuwen, die ik toch weer elke week heb als ik bij hem langs ga, verdwijnen als sneeuw voor de zon.

Een goede vriend van papa is op bezoek en luistert naar wat pap van achter de piano te vertellen heeft. Als hij weg is vertelt papa over een man die de badkamer had schoongemaakt. Dat vond hij maar niets.

Druk vertelt hij over de schoonmaak en dat de man zomaar in paps kastje had gekeken. Bovendien vond hij het schoonmaakmiddel stinken. Hij ratelt maar door en moet daarna even op adem komen. Zelf noemt hij het een ‘isotonische mededeling’ waarna hij zegt toch erg blij te zijn met de schone badkamer. ‘Nu kan ik weer een jaartje vooruit!’.

Papa was drukker dan normaal en het viel me op dat hij meer woorden door elkaar haalt of niet weet. Ook het pianospel ging vandaag niet helemaal vlekkeloos. Voor het eerst, in m’n hele leven, hoorde ik fouten en wist hij de juiste toonsoort niet altijd te vinden. Ook vertelde hij dat hij soms niet meer goed weet wie wie is. Maar verder heeft hij nergens last van zegt hij.

Altijd als ik er ben heeft hij het over huis. Ik vind het lastig als hij me vraagt zijn moeder te bellen om zijn spullen te halen. Zijn moeder is al ruim 35 jaar geleden overleden en dat vertel ik hem dan ook. ‘Och wat jammer’, zegt hij dan. Ook weet ik niet goed wat ik moet zeggen als hij me vraagt wanneer hij naar huis gaat en hoe het dan met zijn spullen gaat. Hij denkt vaak dat ik zijn vrouw ben.

Hij at wat soep en een gebakken eitje. Hij dronk een beker melk en genoot daarna van een lekkere zoete peer. Hij is zeer te spreken over de goede zorgen die hij krijgt en heeft het naar z’n zin. Dat is fijn. Tot volgende week pap.

Lees ook: Een eindeloos gesprek

Mijn plekje

Zo’n anderhalf jaar geleden vroeg een collega aan me of het wel goed met me ging. Ik word vaker ‘de stille kracht’ genoemd maar nu voelde ze dat er iets was. Dat klopte. Ik zat in een put en had geen idee hoe ik daar uit kon komen.

Ik wist me geen raad met mijn zorgen, angsten en tegelijkertijd liefde voor jou. Ik wilde je vasthouden en tegelijkertijd slaan. We hadden al een tijdje geen contact maar ik had de deur weer open gezet gezien de omstandigheden. Papa wist voor het eerst niet meer wie ik was. Hij woonde inmiddels alleen en ik checkte elke dag klokslag 12uur het verslag van de thuiszorg. Elke ochtend zat ik in spanning of hij er nog zou zijn en niet onderaan de trap gevonden zou worden. Mama had alweer een nieuwe vriend. Het plaatje van een gelukkig gezin, wat ik altijd voor me had, was nu compleet verscheurd.

Inmiddels heeft iedereen z’n plekje gevonden. Jij bent dood en pap zit in een huis met andere dementerenden. Niet de plekken die ik voor ogen had voor jullie. Mam heeft een fijne man aan haar zijde waar ze hopelijk nog een lange liefdevolle en gezonde tijd mee mag doorbrengen. Precies het plekje wat ik haar zo gun.

En ik? Ik moet mijn plekje nog vinden. Slaap lekker lief zusje.

Lees ook: Bang

Een witte doktersjas

Ik zit in z’n stoel en papa staat voor me. Hij friemelt wat met zijn handen aan zijn broekzakken terwijl hij vertelt over zijn patiënten in Zuid-Afrika. Of hij er ooit echt geweest is, weet ik eigenlijk niet. Ik zie een kwetsbare fragile man voor me, niet de vader zoals ik hem ken. Wat kan een mens veranderen.

Ineens zie ik hem in gedachten weer voor me in het ziekenhuis. In zijn werkkamer met zo’n typische ziekenhuis geur en kasten vol dikke boeken. Hij zit achter z’n robuuste bureau te dicteren, met woorden die ik niet begrijp maar die serieus klinken. Hij draagt z’n witte doktersjas en om zijn nek hangt een stethoscoop.

Papa die een eigen kamer had op een gang met andere artsen. Een hardwerkende man die, in mijn ogen, alles wist en er alles aan deed mensen beter te maken. We vonden het altijd een beetje spannend als we hem opzochten op z’n werk. We waren nog jong en het grote ziekenhuis en papa in zo’n witte jas maakten indruk op ons. Weet je het nog? Slaap lekker lief zusje.

Lees ook: Een emotionele dag

De linten

De dag dat we je kamer in het mortuarium gingen ‘versieren’ voor het moment dat mensen afscheid van je konden nemen, kan ik me nog goed herinneren. Het was een rare tijd waarin ik in de welbekende roes leefde.

Wat ik nog goed weet is het gevoel dat me bekroop toen ik de witte linten van pap en mam op je kist zag. Er stond op ‘In de armen van een engel, liefs pap en mam‘. En juist die laatste woorden raakten me. ‘Liefs pap en mam‘. Pap had niet meer door wat er aan de hand was. Hij had geen idee waar we doorheen gingen, hij had geen idee dat hij een dochter had verloren. Hij was er niet bij. Er was al tijden geen ‘Pap en mam’. Maar toen ik die woorden op het lint zat, was het net alsof alles even ‘normaal’ was, net als vroeger. Vroeger is voorbij en niets is meer ‘normaal’. Slaap lekker lief zusje.

Lees ook: Kaarsjes en een hartjes ballon

Het leven vieren

Na jouw overlijden ontstond het plan om samen met onze broer het leven te vieren. Het werd een stedentrip en afgelopen weekend was het zover. Het was fijn om dit samen te kunnen doen.

Op de datum van je crematie, een jaar later, zaten we samen in Kopenhagen aan het ontbijt in een hippe koffietent. Er brandde een kaarsje op tafel en we genoten van de bijzondere kleine gerechtjes die stuk voor stuk lekker smaakten. We kletsen wat en bedachten een plan voor die dag.

Op een gegeven moment keek ik uit het raam en zag aan de overkant van de straat een winkel met jouw naam. Dat kon geen toeval zijn. Als jouw dood dan toch iets goed heeft gebracht, zoals ze wel eens zeggen na een verdrietige gebeurtenis, dan was het dit weekend samen. Slaap lekker lief zusje.

Lees ook: Daar ga je

De zee kunnen huilen

Tijdens je afscheidsborrel, nu een jaar geleden, heb ik geen traan gelaten terwijl ik de zee had kunnen huilen. Ik was een paar weken geleden bezig met een fotoboek van die dag en zag mezelf terug. Ik weet nog goed hoe ik me voelde. Ik leefde in de bekende roes. Fysiek was ik aanwezig maar eigenlijk was ik er helemaal niet bij.

Ik wilde er niet zijn, ik wilde onder een deken liggen en er niet meer onder vandaan komen. Ik geloofde het gewoon niet, wilde niet geloven dat je echt weg was. Maar ik moest er zijn en wilde me groot houden. Al die mensen die speciaal voor jou kwamen, ze condoleerden ons en gaven ons allemaal een hand. Sommigen gaven een knuffel, de een met tranen in de ogen, de ander zonder woorden.

We hadden allemaal een ding gemeen, jouw aanwezigheid in ons leven. Op welke manier dan ook. Oude vrienden, verre familie, klasgenootjes van vroeger, collega’s, ex vriendjes, buren. Allemaal waren ze naar je afscheid gekomen.

Het voelde als een warme deken en ik had tranen in overvloed. Ik hield me in, moest een paar keer flink slikken, wegkijken of hard nadenken over boodschappen die ik nog moest doen. Alles om afleiding te zoeken van de eindeloze tranen die ik had. Ik weet nog goed hoe hard ik m’n best deed om ze tegen te houden. Ik droeg een masker, zoals ik het mezelf door de jaren heen heb aangeleerd.

Ik wist dat als ik zou ‘knappen’, ik niet meer zou kunnen stoppen met huilen. Ik had niemand meer fatsoenlijk te woord kunnen staan. Misschien was ik wel op m’n knieën op de grond beland. En dus hield ik me met veel moeite ‘sterk’. Het masker kan ik nog altijd goed dragen al lukt het steeds ietsje minder. Die tranen heb ik inmiddels ruimschoots gelaten. Op m’n kussen voordat ik ga slapen, midden in de nacht als ik wakker wordt, en soms zomaar ineens. Bijna altijd als ik alleen ben, dan hou ik het gewoon niet meer. Ze zullen nooit opraken want jij komt nooit meer terug. Slaap lekker lief zusje.

Die bewuste datum

Voordat de dood van een dierbare zo dichtbij kwam, had ik geen idee hoe je de sterfdag later zou beleven. Ik dacht dat het gewoon een verdrietige dag was, en daarna ging je gewoon maar weer door.

Maar nu weet ik dat het de hele periode om de bewuste dag heen verdrietig en zwaar kan zijn. Je beleeft alles opnieuw. Tenminste, zo heb ik het ervaren nu je een jaar dood bent.

De dagen voorafgaand aan jouw echte sterfdag zag ik mezelf weer op m’n werk zitten, om de minuut m’n telefoon checken of er een update van je was. Ik voel weer mijn zorgen en angst die ik toen om je had, ik weet nog dat onze broer me appte, dat we halsoverkop naar het ziekenhuis vertrokken. Dat ik besloot, hoe moeilijk ook, je niet meer te willen zien in het ziekenhuisbed. De vele tranen, het wanhopige gevoel en het intense verdriet.

Tussen je overlijden en de crematie zat een week. Ik herbeleef in gedachten alles. Het bestellen van een rouwboeket, het verzamelen van adressen en het ontwerpen van de kaart die ik helemaal niet wilde maken. Je had ineens een einddatum.

Ik herbeleef de moeilijkste dag in m’n leven. De dag waarop ik je voor het eerst sinds twee jaar weer zag. Niet in levende lijve, maar als koud lichaam in een kist. Ik zie mezelf weer op de afscheidsborrel staan, met m’n ‘masker’ op.

Ik weet nog hoe we de deksel op je kist legden, en hoe ik weigerde de pinnen erin te stoppen omdat dat té definitief was. Ik weet nog dat ik tijdens de speeches van vrienden en vriendinnen naar je kist wilde lopen om deze niet meer los te laten, maar het toch maar niet deed.

Ik herbeleef het lege gevoel dat ik had toen je voorgoed bij ons vandaan was. Hoe we je appartement opruimden en ik de sleutel door de brievenbus gooide voor de nieuwe bewoners. Jij zou nooit meer thuiskomen.

Elke dag zonder jou is er een teveel. Maar een jaar na alle gebeurtenissen doet alles net even meer pijn dan op andere dagen. En niet alleen op die bewuste datum dat je je laatste adem uitblies. Slaap lekker lief zusje.

Lees ook: Daar ga je

Een dag erbij

Ineens hebben we er een dag bij, jouw sterfdag. Vandaag was het alweer een jaar geleden dat het onwerkelijke werkelijkheid werd. Onze broer en ik hebben gewandeld. Over verharde paden, door de duinen, via omweggetjes, tussen de koeien door en in de regen naar het strand.

We schreven je naam in een groot hart in het zand, iets wat je doet voor het thuisfront als je op vakantie bent. Het was fijn om deze dag samen te zijn. Heb je het gevoeld? Slaap lekker lief zusje.

Lees ook: Zes lange maanden

Ik geloof het gewoon

Vandaag een jaar geleden stuurde ik je drie hartjes via Whatsapp. Ik wist niet wat ik nog meer kon zeggen. Je lag in het ziekenhuis en al niet meer goed aanspreekbaar. Elke seconde dacht ik aan je. Maar geen seconde dacht ik dat je dood zou gaan. Je hebt het berichtje nooit gelezen denk ik. De vinkjes blijven grijs.

Mijn verstand zegt dat je er niet meer bent. Je bent niets meer of minder dan een hoopje as in een doos met een nummer. Je bent dood, weg.

Maar mijn hart hoopt stiekem dat je nog ergens bent en met ons meekijkt. Dat je de hartjes in mijn appje gezien hebt. Dat je met me mee leest. Dat je voelt dat ik aan je denk, dat ik je mis. Ik wíl het geloven. Slaap lekker lief zusje.

→ Lees ook: Uitgegumd

Emoties

Als papa piano speelt raakt hij geëmotioneerd. Is het muziek in het algemeen die, ook bij mij, emoties oproept? Zijn het de klanken van het instrument dat hij al speelt zolang ik me kan herinneren? Is het het besef dat hij dat nog zo goed kan? Ik weet het niet. Ik heb geen idee wat … Meer lezen over Emoties

Als papa piano speelt raakt hij geëmotioneerd. Is het muziek in het algemeen die, ook bij mij, emoties oproept? Zijn het de klanken van het instrument dat hij al speelt zolang ik me kan herinneren? Is het het besef dat hij dat nog zo goed kan? Ik weet het niet. Ik heb geen idee wat er in zijn hoofd omgaat maar het emotioneert hem.

Hij is druk bezig met naar huis gaan. Hij vertelt welke spullen mee moeten, vraagt wanneer ik hem meeneem en als ik vervolgens vertel dat ik niet ben wie hij denkt dat ik ben, vraagt hij m’n moeder te bellen. Zijn zak met spullen ligt klaar. Hij is opgewekt, loopt wat heen en weer, speelt verschillende keren een riedeltje op de piano en brengt onze lege kopjes naar de keuken. Hij vertelt veel en maakt grapjes.

Hij vraagt waar zijn moeder is, misschien kan hij haar bellen om spullen heen te brengen. Ik vertel dat zij al ruim 35 jaar niet meer leeft. Dan vertelt hij over het moment dat zijn vader overleed. Opa had papa gevraagd een toespraak te houden bij het afscheid. Ik was nog jong maar kan het me nog herinneren. Het was het enige moment ooit dat ik m’n vader zag huilen, dat ik zijn echte emoties zag.

Ik ben blij dat we, ook dit weekend weer, de anderhalf uur hierheen hebben afgelegd. Ik vind het fijn om weer bij hem te zijn. Als ik zeg dat hij mijn vader is zegt hij: ‘Oh ja joh? Heb ik jou gemaakt?’. Vervolgens vraag ik hem lachend wat hij daarvan vindt. ‘Dat vind ik heel leuk hoor. Je bent een mooie meid en prettig in de omgang’. Hij laat me glimlachen. Ik vertel maar niet dat hij nog een dochter heeft, dat is alleen maar verwarrend denk ik. Sorry… Slaap lekker lief zusje.