Liegen of zwijgen

Tot vlak voor zijn verhuizing zag ik dat hij genoot van het leven. Hij kon nog goed voor zichzelf zorgen en zag er altijd netjes en verzorgd uit. Oké, soms sloeg hij een maaltijd of twee over en stond hij midden in de nacht onder de douche. Maar ik zie het nog goed voor me, papa die al nuriënd op zijn pantoffels naar de keuken loopt om zijn kopje opnieuw te vullen met koffie. Onderweg stopte hij dan bij de piano om een deuntje te spelen. Hij gaf de vogeltjes in de tuin en de vissen in de vijver te eten. Hij liep wat heen en weer.

Nu, op zijn nieuwe plekje, mis ik dat stukje levenslust in zijn ogen. Hij weet dat hij niet thuis is, hij voelt dat het zijn huis niet is, dat alles anders is. Hij ‘studeert’ niet meer, leest geen boeken meer en zit maar wat op de bank. Ik mis een boek op tafel, met lineaal en potlood ernaast. Eten doet hij altijd op z’n kamer omdat hij dat liever wil dan met ‘al die oude dames’. Zijn begeleiders zijn erg tevreden en vinden dat hij het heel goed doet. Dat geloof ik ook, maar toch. Het hoort niet zo te gaan.

Ik voel me schuldig als hij aan me vraagt of hij een sleutel van zijn huis mag hebben. Als hij zegt dat er in z’n studeerkamer spullen liggen die hij nodig heeft. Als hij zegt maandag of dinsdag naar huis te gaan. Als hij zegt dat hij z’n kranten gaat lezen als hij thuis is. Als hij zegt zo graag zijn leven voort te zetten in z’n eigen huis. Als hij me vraagt waar mama blijft om hem op te halen. Ik sla dicht en weet niet wat ik moet zeggen. Hij weet het adres en zelfs het huisnummer te benoemen.

Hij weet niet dat z’n huis opgeruimd is, dat een deel van z’n spullen in dozen zit, dat er boeken in de afvalcontainer zijn beland. Dat het misschien niet lang meer in ons bezit is. Hij heeft geen idee, en ik lieg erover of zwijg omdat ik weet niet wat ik kan zeggen en probeer hem maar af te leiden. Het liefst zou ik hem meenemen naar huis, hem zijn pantoffels geven en een kopje koffie brengen.

Hij is op een fijne plek en krijgt de juiste verzorging, maar wat gaat er in hem om? Wat zou hij denken? Het moet beangstigend zijn, verwarrend? Maar als je hersenen letterlijk zijn afgestorven, wat denk je dan nog? Hoe beleef je alles en vooral de mensen om je heen? Pap leeft, maar hoe?

Als je hem vijf jaar geleden gevraagd zou hebben of hij zou willen leven zoals hij er nu aan toe is, wat zou hij dan gezegd hebben? Slaap lekker lief zusje.

Kop in het zand?

Toen het niet goed met je ging, stuurde mam me soms berichtjes van je door. Precies een jaar geleden ging dat zo.

appje-eva.jpg

De dag ervoor had ik je sterkte gewenst en stuurde ik twee hartjes mee. Je antwoordde dat je het allemaal maar stom vond en dat je hoopte dat je snel weg mocht. Dat hoopte ik ook zei ik.

Twee dagen na dit berichtje van mij verliet je het ziekenhuis, tegen het advies van de artsen in. Je was eigenlijk te ziek maar je was het ‘gedoe’ aan je lijf zat. Mij appte je blij dat je weg mocht terwijl ik van mam wist dat het verhaal anders was.

Stak je je kop in het zand of had je niet door hoe ernstig het was? Wilde je de schijn ophouden, anderen niet ‘lastig vallen’? Of dacht je dat het wel weer goed zou komen?

Eerlijk gezegd dacht ik dat laatste, dat het allemaal goed zou komen. Het ging uiteindelijk altijd weer beter met je, zo ging dat ons leven lang al. Hoe vaak ik niet in zak en as zat omdat het niet goed met je ging. Ik voelde me altijd machteloos, boos, verdrietig. Om vervolgens een week later te horen dat alles weer prima was.

Nooit had ik gedacht dat je het niet zou redden. Of wilde ik er niets van weten en stak ik ook m’n kop in het zand? Slaap lekker lief zusje.

 

Tranen van het lachen

We waren dit weekend weer bij papa. Hij zag er verzorgd uit en was relaxed. ‘s Ochtends had hij gewandeld met een vriend. Toen wij kwamen was hij aan het eten.

Het is zo leuk om te zien dat hij zijn gevoel voor humor nog heeft. Zo zei hij dat hij elke ochtend z’n haren kamt met een grote dikke vork en vroeg hij al vrij snel wanneer we weer foetsie gingen. Toen de buurvrouw even kwam kijken, bood hij haar een beker melk aan. Koffiemelk. Later keek hij met verbazing naar het oor van je nichtje en zei: ‘Jeetje je hebt een pukkel op je oor!’. Ze lag in een deuk, hij bedoelde haar oorbel.

In gedachten zag ik jou ook hardop lachen. Zoals je dat zo goed kon. Ik weet zeker dat jij ook enorm had gelachen om zijn grappige opmerkingen. Met tranen van verdriet en tranen van het lachen. Slaap lekker lief zusje.

De wens

In december 2018 mocht jouw kleinste nichtje drie wensen doen op school. Ze schreef ze netjes op een zelf uitgeknipte papieren ster. Nietsvermoedend las ik de wensen, nieuwsgierig naar wat er in haar 8-jarige hoofdje zou omgaan.

De ene wens was dat ze haar lievelingsknuffel nooit kwijtraakt omdat ze zo aan hem is gehecht. De andere wens was dat haar knuffels konden leven. Dat leek haar zo leuk want dan konden ze gezellig met elkaar praten en spelen.

Bij het lezen van de derde wens schoten de tranen in m’n ogen. Er stond: “Deze wens is voor mijn moeder: Dat mijn tante nog leeft, omdat mijn moeder daar heel verdrietig over is en ik ook best wel.” Slaap lekker lief zusje.

Wakker worden met jou

Gisteravond ging ik om 21uur slapen, iets wat ik elke dag zou kunnen. Slapen vind ik zó fijn. Als ik slaap, wat dat is ook elke nacht weer de vraag. Vannacht ging het goed. Na een lange nacht werd ik wakker met jou als eerste in mijn gedachten.

Ik dacht aan het nummer van je crematie, aan wat er onder je trui zat toen je in de kist lag. Ik zag toen iets glinsteren. Dat kwam vast door de obductie die ze hadden gedaan. En wat zat er onder het laken die over je benen lag? Ik had ineens weer zoveel vragen en voelde me verdrietig.

Ik dacht aan hoe en waar we een plekje voor je kunnen maken. Een plekje waar iedereen heen kan om even bij je te zijn. Ik mis dat. Slaap lekker lief zusje.

De dag redden

Ik besloot naar het zwembad te gaan om baantjes te zwemmen. En terwijl ik door het water gleed, keek ik om me heen. Het zwembad is eigenlijk een liefdevolle plek, zo op de vroege ochtend. De meeste vrouwen, en sommige mannen, voelen zich wat onzeker als ze in badkleding naar het bad lopen. Ze kijken wat schichtig om zich heen, zoekende naar een plek om zo onopvallend en snel mogelijk het water in te kunnen. Eenmaal met hun lijf onder water, zie ik een stiekeme opluchting.

Niemand draagt make-up, bij niemand zit het haar in de krul. We geven ons allemaal letterlijk, bijna bloot. Ik voel me kwetsbaar en kan me nergens achter verschuilen. Dus ook ik slaak een zachte zucht als ik veilig in het water lig.

We komen er allemaal om te werken aan onszelf. Op welke manier dan ook. De een komt er om te herstellen van een blessure, maak ik op uit de krukken die bij de douche staan. De ander heeft duidelijk overgewicht en wil wat kilootjes kwijt en weer een ander komt er vooral om te socializen. In de ‘borstcrawl baan’ zwemmen vooral de gespierde mannen, de sporters die meters moeten maken. In de ‘langzame baan’ zwemmen de ouderen die hun stramme lijf in beweging willen houden.

Ik ben er om de dag te redden. Het begon niet helemaal lekker en ik dwong mezelf te gaan zwemmen. Bewegen doet me altijd goed, dus na het zwemmen werd de dag vast beter. En dat was zo. Een kleine overwinning op mezelf. Een fijn gevoel. Slaap lekker lief zusje.

Voor papa

Je was wakker, zag er verzorgd uit en was vrolijk gestemd. We hebben gelachen, dronken koffie en aten een plak cake. Je speelde een vrolijk liedje op de piano. Je vond het gezellig dat we er waren. Al heb je geen idee meer wie we zijn, het was fijn
Een uur later sta ik in je studeerkamer van het huis waar je naar terug wil.

Honderden boeken, zorgvuldig door jou verzameld. In bijna elke boek krantenknipsels, door jou uitgeknipt.
Boeken over Indonesië, klassieke muziek en geschiedenis. Over filosofen, de natuur en hier en daar een roman. Honderden boeken over uitlopende onderwerpen, allemaal door jou gelezen.

Ik blader ze door met jou in gedachten. Boeken betekenden veel voor je. Je wist over elk exemplaar uitvoerig te vertellen.
En nu ruimen we veel op, soms bijna zonder na te denken. Die in de afvalcontainer, die op Marktplaats en die misschien nog even bewaren?

Het is raar om je spullen op te ruimen terwijl je er nog bent. Om in jouw studeerkamer, jouw domein, met vuilniszakken in de weer te zijn. Je zou woest zijn ons zo te zien, om te zien hoe we boeken ‘zomaar’ wegdoen. Soms denk ik ‘Als papa weer komt, dan…’ maar je komt niet terug naar huis. Ik voel me schuldig maar weet ook dat het niet anders kan. Het is raar om je spullen op te ruimen terwijl je er nog bent.

Bloemen voor papa

Papa is vandaag jarig, hij is 80 geworden. Ik ben zaterdag langs gegaan en was lang daarvoor al aan het twijfelen of ik iets zou meenemen voor z’n verjaardag. Een taartje, een kadootje? Ik was bang dat het hem nog meer in de war zou brengen. In zijn beleving is hij al ver boven de 80 en jarig in maart. Hij wordt een beetje kribbig als je zegt dat hij nu jarig is en wil er niets van weten. Waarom zou ik dan volhouden dat vandaag toch echt zijn verjaardag is?

Er zijn soms dagen waarop ik denk: ‘Heeft dit wel zin?’. Anderhalf uur heen én terug is een behoorlijke aanslag op je dag. En na een half uurtje bij papa te zijn, vraagt hij wanneer ik weer ga omdat hij ‘dingen te doen heeft’. Daarbij heeft hij geen idee wie ik ben. Maar weet je, ik mag blij zijn dat ik het nog kan.

Zaterdag zag ik eenzaamheid. Hij zat op de bank, netjes gedouched een aangekleed, en keek beleef tv. Dat is een groot scherm waar de begeleiding urenlange YouTube filmpjes laat afspelen van verschillende landschappen met pianomuziek eronder gemonteerd. Heel rustgevend. Pap geniet er altijd van maar zei ook een aantal keer stilletjes: ‘Daar heb je weer diezelfde vogel, met hetzelfde visje in z’n bek’. Pap was timide en had gehoopt voor het weekend thuis te zijn. Hij begreep niet waar mam bleef, zij zou hem thuisbrengen.

We zaten samen te kijken naar de branding, ondergaande zon en vogels op tv. We zeiden niets maar keken en luisterden. Hoe energiek hij vorige week was, zo stil was hij nu. Af en toe vroeg pap iets of vertelde hij wat. Ook speelde hij nog een liedje op de piano omdat ik dat vroeg. Het was fijn.

Ik geloof dat mensen ‘onthouden’ wat voor gevoel je ze geeft. En ook al heeft hij geen idee wie ik ben en is hij de volgende dag vergeten dat ik er was, ik vind het fijn om hem te zien en hoop hem een veilig gevoel te geven. En daarom ga ik zo vaak ik kan langs papa, uit liefde.

En hoewel hij zelf niet meer weet dat hij jarig is vandaag voelde het toch een beetje raar om helemaal niets mee te nemen. En daarom nam ik bloemen mee. Omdat ik dat vorige keer heb beloofd, voor wat vrolijke kleuren op z’n kamer, voor z’n verjaardag, Gewoon voor pap. Toen ik ze gaf zei ik in mezelf: ‘Gefeliciteerd met je 80ste verjaardag lieve pap’. Hij vond ze mooi zei hij. Gefeliciteerd met papa, slaap lekker lief zusje.

BloemenPapa