Jouw passie

Paardrijden was je hobby en passie, al van kleins af aan. In het dorp waar we opgroeiden had je een verzorgpony. Elke dag ging je, zodra je kon, naar de manege aan het einde van de straat. Je bracht er uren door. Soms ging ik mee maar eigenlijk vond ik die paarden maar eng. Ik bleef liever op gepaste afstand, was de held op sokken. Jij maakte buitenritten, ging het bos in en maakte zelfs pony’s zadelmak.

Later zaten we samen op paardrijles op de manege waar mijn toenmalige beste vriendinnetje woonde. Voordat de les begon, ging ik minstens drie keer naar de wc voor een ‘zenuw plasje’. De zenuwen gierden door m’n lijf als we te horen kregen op welke pony we mochten rijden. Opzadelen ik de box bij de pony vond ik eng en ik verzon daarom regelmatig smoesjes om er onderuit te komen.

Jij daarentegen, kon niet wachten tot je weer mocht. Zelfverzekerd liep je door de stallen en hielp je waar je kon. Angst leek je niet te hebben. Ik was wel eens jaloers op de manier waarop je dat allemaal deed. Zonder moeite stapte jij op welke pony dan ook, mak of niet. Je genoot er zo van. Ik wou altijd dat ik ook zo’n stukje durf had. Je kreeg het zelfs voor elkaar dat we samen op ponykamp gingen. Eigenlijk helemaal niet mijn ding, maar ik wilde toch graag met je mee. Je was een voorbeeld voor me en ik had bewondering voor jouw passie.

Vandaag verkocht ik de paardrijbroek die we vonden bij het opruimen van je appartementje. Je hebt ‘m nooit gedragen, het kaartje zat er nog aan. Je keek vast uit naar de dag dat je ‘m zou aantrekken. Slaap lekker lief zusje.

Vaderdag

Het is vaderdag. Je had pap zeker weten een kaart gestuurd, een bezoekje gebracht of je had gebeld. Maar weet je, hij had niet geweten wie je bent. Zo’n drie weken geleden was ik bij hem.

“Hoi pap!”, zei ik bij binnenkomst. Hij keek me bedenkelijk aan en ik zei maar snel dat ik z’n dochter was. “Maar ik heb helemaal geen kinderen”, zei hij vertwijfeld. Ik vertelde dat ik dezelfde achternaam had en ik dus zijn dochter was. “Oh, dus dan ben je een dochter van mijn vader?”. “Nee pap, ik ben jouw dochter”. Hij schreef mijn naam in een boekje, samen met mijn leeftijd, dat ik zijn dochter was en dat ik met een zwarte auto was gekomen. Hij zal nu niet meer weten wie ik was, ook niet als hij het terugleest in zijn boekje.

En hoewel het intens verdrietig is hem zo te zien, was het een bijzonder en mooi moment. Het was aandoenlijk hoe hij opschreef wie ik was. Zorgvuldig in zijn boekje. Een waardevol stukje papier dat ik wil inlijsten. Ik mis hem zo. Ik mis zijn verhalen, zijn passie om alsmaar meer te leren, zijn liefde voor alles wat groeit en bloeit in de tuin. Zijn levenslust. Zijn zijn. Het liefst ben ik elke dag even bij hem. Ook al moet ik dan elke keer hetzelfde verhaal horen.

There is one thing Alzheimer’s can’t take away, and that is love. Love isn’t a memory, it’s a feeling that resides in your heart and soul.

Je had het ook zó moeilijk gevonden. Je had een bijzondere band met pap. Ik wil jullie terug. Slaap lekker lief zusje.

Lees ook: Lieve pap

Bang

Er is iets veranderd sinds jouw overlijden. Ik ben bang. We zijn zo kwetsbaar. Sinds jouw overlijden ben ik bang om dood te gaan en mijn geliefden achter te laten zonder ze te hebben laten weten hoe belangrijk ze voor me zijn.

Bij elke vage klacht denk ik dat ik iets onder de leden heb wat ik niet overleef. Elk moedervlekje vind ik verdacht, elke keer dat ik buiten adem ben weet ik zeker dat ik iets ernstigs heb en waarom heb ik ineens een blauwe plek?! Ik probeer mezelf niet gek te maken. Maar ik heb bij jou gezien hoe snel het kan gaan. Ik denk niet dat jij ooit gedacht hebt zo jong dood te gaan. We zijn toch onsterfelijk? Helaas zijn we dat niet. En pas als de dood zo dichtbij komt beseffen we het pas echt.

Ik zou een reset willen. En een duidelijke handleiding over hoe je je leven volop kan benutten en met een optimale gezondheid. Hoe je elke dag leeft zonder zorgen. Dit ‘proces’ waar ik in zit vind ik vermoeiend en zwaar. Ik voel me best vaak alleen, heb het gevoel dat ik niet kan uitleggen wat ik voel. Ik weet het zelf niet eens, het is zoveel, zo verwarrend soms. Ik denk dat jij dit zou snappen, we leken meer op elkaar dan we dachten. Zoals ik eerder al eens schreef. Elke dag heb ik goede voornemens en stapje voor stapje ga ik vast de goede richting op. Slaap lekker lief zusje.

Zomer in Nederland

Zodra het warm weer wordt in Nederland, denk ik terug aan de tijd dat we elkaar appten elke keer als de weerman zei dat het ‘prachtig zomers weer’ zou worden. ‘Sellie! Heb je het gehoord?! Oh noooo!’, appte je dan. We hielden niet zo van de zomer in Nederland. Van het ‘verplicht’ naar buiten moeten, van de overdreven vrolijke mensen op kleedjes in het park. De zomerkleding komt uit de kast en dat betekent, blote benen, dunne ”t shirtjes en zwierige jurkjes.

Je hield, net als ik, meer van koude winterdagen. Volgens mij verstopte jij je liever, net als ik, in dikke truien veilig onder een dekentje op de bank. Dat is wat we altijd zeiden tegen elkaar. Dus zodra de weerman’ koude, natte dagen’ aankondigde waren wij in onze nopjes. Op een warme zomerdag lijkt het alsof ik de enige ben die het niet erg vind om binnen te zitten. Ik mis dan m’n metgezel die me begrijpt. Slaap lekker lief zusje.